Ontwikkelingen op Caribisch Nederland op het gebied van mentale (gezondheids)problemen

30 september 2021

Aan de vaste commissie Koninkrijksrelaties van de Eerste en Tweede Kamer

1 september 2021

Betreft: ontwikkelingen op Caribisch Nederland op het gebied van mentale (gezondheids)problemen.

Geachte leden van de Eerste en Tweede Kamer,

Allereerst dank voor de tijd die u hebt genomen op maandag 23 augustus tijdens het IPKO-overleg om te luisteren naar ons betoog aangaande de problemen die wij constateren  op Caribisch Nederland. Mijn collega de heer Marcelino Mauricio, manager op Bonaire en ik zijn u hier zeer erkentelijk voor. Bijgaande treft u een samenvatting aan van ons betoog. Wij hopen dat dit u helpt bij uw werk als volksvertegenwoordiger met betrekking tot de vele problemen die ervaren worden op Caribisch Nederland.

Zoals in alle landen het geval is en dus ook voor Caribisch Nederland, trekt de COVID-pandemie ook een zware wissel op de mentale gezondheid van de inwoners van Bonaire, Saba en St. Eustatius. Dit zien we ook terug in het aantal aanmeldingen en verwijzingen die wij via de huisartsen en medisch specialisten ontvangen. Met name voor Bonaire neemt dit zorgwekkende vormen aan. Zowel op de eerste lijn, de volwassen-afdeling als onze kinderafdeling, krijgen we zo veel nieuwe aanmeldingen dat er wachtlijsten ontstaan.

Veel nieuwe cliënten worden aangemeld met relatief lichte klachten als angsten, depressie, stress, paniek en stemmingsstoornissen. Voor deze groep patiënten is een wachtlijst echter heel vervelend omdat juist deze klachten in een vroeg stadium behandelen zal voorkomen dat problemen zich ontwikkelen tot zwaardere problematiek en dat patiënten chroniciteit gaan ontwikkelen.

Daar staat tegenover dat de bestaande chronische patiënten doelgroep die we in caseload hebben extra gevoelig zijn voor de ontwikkelingen rondom COVID. We zien dus hier bij veel patiënten de problematiek verergeren. Dit vraagt om meer monitoring en behandelinterventies. We zien ook dat sinds het laatste kwartaal van 2020 het aantal gedwongen uitzendingen middels de Krankzinnigenwet (die overigens erg gedateerd is) aan het stijgen is en dat deze trend zich heeft voortgezet in het eerste en tweede kwartaal van 2021. MHC heeft op Caribisch Nederland geen klinische faciliteiten. Er wordt dan ook uitgezonden in dit soort situaties naar de GGZ-instelling op Curaçao of, voor de Bovenwinden, naar St. Maarten.

Daarnaast zien we dat armoede een steeds grotere rol gaat spelen bij de ontwikkeling van psychiatrische problematiek. Armoede is materieel en psychisch en door ontoereikend inkomen ontwikkeld dit bij burgers van Caribisch Nederland meer kans op (lichamelijke en emotionele) verwaarlozing. Dit raakt hele gezinnen en vooral kinderen zijn hier vaak, op langere termijn, het grootste slachtoffer van.

Het is voor veel inwoners van met name Bonaire een opgave om in dagelijkse kosten van levensonderhoud te voorzien. Wij zien steeds vaker dat burgers van de Bonaire door armoede ernstige psychiatrische problematiek ontwikkelen. Dit leidt tot zeer schrijnende situaties in materieel opzicht maar zorgt ook voor een toename van bijvoorbeeld verwaarlozing, huiselijk geweld en seksueel misbruik.  Hopelijk heeft u hier tijdens de huisbezoeken een nog beter beeld bij gekregen.

Wij constateren ook dat steeds meer burgers nul op rekest krijgen bij SZW als het gaat om het aanvragen van een uitkering en verschillende onderzoeken t.a.v. het bestaansminimum hebben reeds aangetoond dat deze uitkeringen ook veel te laag zijn om fatsoenlijk van te kunnen leven.

Bijkomend feit is ook dat een aantal voorliggende voorzieningen op Bonaire op het gebied van maatschappelijk ondersteuning nog onvoldoende aanwezig zijn of ontwikkeld zijn. Er is een scheefgroei ontstaan tussen “Cure en Care” en de “Care” is onvoldoende meegegroeid.  Burgers die getroffen zijn door COVID en bijvoorbeeld hun baan zijn verloren, hun inkomen kwijt zijn, schulden opbouwen, kunnen onvoldoende terecht bij voorzieningen die er zouden moeten zijn zoals Algemeen maatschappelijk werk, schuldhulpverlening, budget coaching, relatietherapie – en ondersteuning, (praktische)gezinsondersteuning, huisvestingsbemiddeling etc. Door het ontbreken van deze voorzieningen verergeren de symptomen van angst, stress en paniek en komen mensen alsnog via de huisarts bij MHC terecht. We kunnen stellen dat een deel van deze problemen worden gemedicaliseerd vanwege het ontbreken van de sociaal maatschappelijke voorzieningen, wat op langere termijn een groot stigmatiserend effect zal hebben op burgers van Bonaire en ook op de zorgconsumptie.

Bij MHC zijn inmiddels forse wachtlijsten ontstaan voor hulp, zowel in de eerste lijn als bij onze volwassenen en kinder- en jeugdafdeling. In afstemming met JGCN  zijn extra financiële middelen tijdelijk toegekend om deze wachtlijsten aan te pakken. Het probleem is echter dat wij bepaalde behandelfuncties zeer slecht kunnen invullen vanwege schaarste op de arbeidsmarkt. Desondanks doen we ons best om nieuwe medewerkers aan te trekken om te voldoen aan de vraag op Bonaire. Saillant detail is dat we de forse toename van cliënten minder zien op Saba en Statia.

Wij zijn blij dat er hard gewerkt wordt aan de oprichting van de clusterorganisatie Sentro Akseso op Bonaire, die met name op het gebied van de “care” een hele belangrijke rol dient te gaan spelen en haar voorloper het “Steunpunt Bonaire”. Dit zal zorgen dat er een betere balans zal komen tussen “cure” (behandeling bij de GGZ, ziekenhuis en andere medische voorzieningen en waar een medische verwijzing aan ten grondslag moet liggen) en de “care” (laagdrempelige maatschappelijke voorzieningen waar je zonder verwijzing terecht kunt). Belangrijk is dat deze steunmogelijkheden er komen voor de burgers van Bonaire zodat niet alles gemedicaliseerd hoeft te worden. Een ander groot voordeel is dat care-diensten zodanig ingericht kunnen worden dat dit de veerkracht en zelfredzaamheid van burgers verhoogd. Vanuit MHC zien we namelijk dat deze veerkracht en eigen regie nemen van burgers wat aan het verdwijnen is. Te vaak en te veel wordt er namelijk, in onze ogen, een beroep gedaan op medische faciliteiten waardoor problemen op sociaal -maatschappelijk vlak worden gemedicaliseerd.

Een ander punt die wellicht kan bijdragen aan een verdere verbetering is de door-ontwikkeling van preventie en awareness. Ondanks dat collectieve preventie niet tot de taken behoort van MHC, proberen we hier ons steentje aan bij te dragen. Zo hebben we subsidie binnengehaald om de training Mental Health First Aid te geven aan ketenpartners en andere publieke organisaties. Deze cursus geeft handvatten hoe je bijvoorbeeld psychische problemen kunt herkennen bij iemand die beginnende psychische problemen heeft en hoe je de helpende hand kan reiken. Vanaf augustus zijn deze trainingen op verschillende dagen gegeven en waren alle beschikbare plaatsen vol geboekt. Ook hebben we een vervolgsubsidie bij ZONMW aangevraagd om ook de Bovenwinden dit aan te kunnen bieden.

Tenslotte hebben wij in ons betoog aangegeven dat een nauwere samenwerking met de andere (ei)landen van het Koninkrijk belangrijk en noodzakelijk zijn. Zonder afstemming zal het heel erg moeilijk worden om bepaalde functies en voorzieningen te realiseren op mental health niveau. Te denken valt hierbij bijvoorbeeld aan het opzetten van een klinische forensische behandelvoorziening. Belangrijk is dat deze georganiseerd wordt op één eiland waar alle landen gebruik van kunnen maken en als koepel van de gezamenlijke GGZ-instellingen voor de CAS-BES pleitten wij hier ook voor. Het is in onze ogen niet reëel en veel te belastend om dit bijvoorbeeld alleen voor Caribisch Nederland op te zetten. Een ander punt is bijvoorbeeld het organiseren van gezamenlijke opleidingen en deskundigheidsbevordering, verandering of optimalisatie van wetgeving (KZ, BIG) en het gebruik maken van elkaars faciliteiten. Dit laatste geldt zeker voor Saba en St. Eustatius. Deze zijn erg afhankelijk van St. Maarten en wil je het beter maken voor Saba en St. Eustatius dan is het noodzakelijk om het beter te maken op St. Maarten.

Mochten er naar aanleiding van onze presentatie of deze memo nog vragen zijn, dan wel opmerkingen, dan vernemen wij deze graag en zijn wij gaarne bereid om,  op uw verzoek,  een en ander nader toe te lichten.

Met vriendelijke groet,

Erik Jansen                                                                 Marcelino Mauricio

Directeur-bestuurder                                                Manager Bonaire en waarnemend directeur